Prauw 14+15

 

                                                                                                                                                                     5-8-2010

 

EILAND

STAD

1e KAMP

A/V

DATUM

kr

DODEN

Ambon

Ambon-stad

 

V

7-10-1944

440

 

Moena

Raha

 

A

14-10-1944

440

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

Raha

A

14-10-1944

440

 


A=Aankomst, V=Vertrek; kr=krijgsgevangenen

 

 

De Prauwen 14 en 15 (twee houten motorprauwen) vertrokken op 7-10-1944 met ieder ongeveer 220 krijgs­gevan­genen van Ambon met eindbestemming Soerabaja of Makassar. Zij waren de laatste nog op het eiland Ambon aanwezige krijgsgevangenen: 200 in Roemah Tiga, 120 in Waijame en 120 in Laha. Op de ene prauw had majoor Gibson de leiding (met assistentie van de Nederlandse arts Engelen en de Engelse artsen Forbes en Allan), op de andere prauw kapitein Gerharz (met assistentie van de luitenants De Haan en Hanman en de artsen Buning en Ivens).

 

Op 14-10-1944 kwamen de boten aan in Raha op het eiland Moena, een eiland tegenover de zuid-oostelijke "poot" van Celebes. Het aldaar bestaande romusha-kampje is in slechte conditie en veel te klein voor deze groep van 440 krijgsgevangenen. De Japanners gaven opdracht om een nieuw kamp te bouwen.

 

 

Literatuur

Audus, Leslie J. – Spice Island Slaves, 1996

Veenstra, J.H.W. - Als krijgsgevangene naar de Molukken en Flores, 1982, pg 298, 307

Witsen, E. van - Krijgsgevangenen in de Pacific-oorlog, 1971, pg 206

 

 

Index          Zeetransporten              Overzicht Molukken-Soerabaja