Rakuyo Maru
11-8-2012
LAND |
STAD |
1e
KAMP |
A/V |
D-M-Y |
kr |
DODEN |
Malakka |
Singapore |
|
V |
6-9-1944 |
1318 |
|
|
|
torpedo |
T |
12-9-1944 |
295 (1) |
1023 |
A=Aankomst, V=Vertrek,
T=Torpedo; kr=krijgsgevangenen
(1) 136 gered door Japans
schip en afgezet in Hainan, 159 gered door geallieerde duikboten en afgezet in
Saipan
De
Rakuyo
Maru (soms aangeduid als Rokyo Maru of Rokyu Maru, 9.418 ton,
1921) vertrok op 6-9-1944 met 1318 krijgsgevangenen uit Singapore naar Japan.
De groep krijgsgevangenen bestond uit 600 Engelsen, 718 Australiërs en enige
Amerikanen, allen afkomstig van de Birma-spoorweg). Zij behoorden tot Japan Party 3. Het schip vervoerde ook
een lading bauxiet en de as van Japanse soldaten. Het transport vond plaats
in een convooi van totaal 13 schepen (waaronder ook andere schepen met
krijgsgevangenen: Asaka Maru 2, Kachidoka Maru, Shincho Maru). 11-9-1944. Het convooi werd al varende samengevoegd met een
convooi, afkomstig uit Manila 12-9-1944. Om 2:00 uur werd het convooi ter hoogte van Hainan
aangevallen door de duikboot Growler; een escorte-schip werd
tot zinken gebracht. Een grote vuurzee bracht de Japanners in paniek, maar
verdere torpedo’s bleven uit. De krijgsgevangenen op de Rakuyo Maru
bleven in het ruim; het convooi zette koers naar Hainan om verdere aanvallen
van duikboten te ontlopen. Om
5:30 uur werd het convooi opnieuw aangevallen, nu door de duikboot Sealion:
een tanker, een vrachtboot en de Rakuyo Maru werden getroffen.
Tanker en vrachtboot gingen brandend ten onder, de Rakuyo Maru
bleef drijven. De Rakuyo Maru kreeg één torpedo in het
voorschip en één in de machinekamer (midscheeps). De krijgsgevangenen
klommen in paniek uit het ruim, maar sprongen niet in zee (er ontstond geen
brand aan boord, het schip zonk niet). De Sealion voer weg in
verband met dieptebommen. Alle
Japanners sprongen in zee of gingen in één van de 10 reddingsboten (volledige
paniek). Krijgsgevangenen, die in zee sprongen, werden niet in de boten
toegelaten, velen verdronken, sommigen gingen weer aan boord van de Rakuyo
Maru op zoek naar eten en drinken (het schip was door de Japanners
verlaten). Om
6:15 uur viel de Growler opnieuw aan, een fregat werd
getroffen, dieptebommen werden in zee gegooid, vlak bij de drenkelingen van
de Rakuyo Maru. Om
7:10 uur kwam de zon op: de Rakuyo Maru dreef nog, 1200
drenkelingen te midden van olie (uit de tanker) gingen terug naar hun schip;
om 17:30 uur zonk het schip, alle krijgsgevangenen verlieten het schip. Twee
fregatten en een vrachtboot naderden de drenkelingen maar redden alleen de
Japanners, de krijgsgevangenen werden achtergelaten. 14-9-1944.
Er waren nog twee groepen
krijgsgevangenen in reddingsboten: de Duncan-groep (136 man) en de
Varley-groep. De Duncan-groep werd opgepikt door een Japans schip (met een
geschikte kapitein), van de Varley-groep werd nooit meer iets vernomen. De
Duncan-groep werd naar Hainan (de haven van Sannah) gebracht, aankomst
15-9-1944. 15-9-1944.
Omstreeks 17:00 uur kwam de duikboot
Pampanito op de plaats van de ramp aan de oppervlakte op zoek
naar Japanse schepen. De bemanning vond krijgsgevangenen in reddingsboten en
op wrakhout. De duikboot nam in een uur tijd 63 drenkelingen aan boord. De
vlootbasis Pearl Harbour werd ingelicht, een andere duikboot werd
opgeroepen: de Sealion redde nog eens 44 drenkelingen. Vele
krijgsgevangenen bleven in zee achter (de duikboten konden niet meer mensen
meenemen). Andere duikboten werden opgeroepen, de Sealion en Pampanito
voeren terug naar hun thuishaven Saipan. 17-9-1944. Om 17:30 uur kwamen de duikboten Barb en Queenfish
op de plaats van de ramp en redden nog eens 32 drenkelingen. 18-9-1944. Bij verdere zoekacties werden geen overlevenden
meer gevonden (het weer was slecht, er waren steeds hogere golven). De
duikboten voeren terug naar Saipan. 20-9-1944. Sealion en Pampanito kwamen aan in
Saipan met 127 overlevenden (onderweg 5 doden). 25-9-1944. Barb en Queenfish kwamen aan in
Saipan met 32 overlevenden (onderweg 2 doden). NOOT. Op
15-9-1944 vertrokken de 136 geredde drenkelingen, die op Hainan werden afgezet
– samen met de ongeveer 360 overlevenden van de Kachidoka Maru
- met de Kibitsu Maru naar Japan. |
De Rakuyo Maru (sometimes
called Rokyo Maru or Rokyu Maru, 9,418 tons, 1921)
sailed on 11-9-1944. The convoy was combined
with another convoy coming from 12-9-1944. At At All Japanese jumped in the
sea or took one of the ten life-boats (in complete panic). POW’s, who jumped
in the sea, were not allowed in the life-boats, many of them drowned, some
went on board of the Rakuyo Maru again looking for food and
drinks (all Japanese were gone). At At 15-9-1944. Round 17-9-1944. At 18-9-1944. More POW’s could
not been found (the weather was bad, there were always higher waves). The
submarines went back to 20-9-1944. Sealion
and Pampanito came back in NOTE. On |
Literatuur
Blair, Joan and Clay - Return
from the River Kwai, 1979, pg 59-286 (alle details)
Dawn, Gavan – De Gevangenen van de Japanners, 1996, pg 310, 325
Lamont-Brown, Raymond - Ships
from Hell, 2002, pg 58-64
Mincho, G.F. - Death on the
Hellships, 2001, pg 202-210, 221-223, 316
Walker, A.S. -
Witsen,
E. van - Voorstudie, NIOD, IC 074.426, pg 345
Websites
www.britain-at-war.org.uk
www.cofepow.org.uk
(naamlijst Britse slachtoffers)
www.west-point.org
Index Zeetransporten Kampen in Japan